De avond wordt geopend door Froukje, gevolgd door een stiltemoment van Janny.
Het woord is aan dhr. Hans Stolp.
Het onderwerp van vanavond is op de grens van leven en dood. Dat betekend dat onherroepelijk bij
velen van ons naar aanleiding van dit onderwerp allerlei herinneringen naar boven komen aan de
geliefden die al gestorven zijn. Laat die herinneringen in alle rust naar boven komen, laat ze er
zijn mogen. En als je voelt dat er een traan over je gezicht wil rollen, laat die traan. Tranen
zij het meest zichtbare teken van echte liefde. Ik zou graag willen beginnen met het voorlezen
van een gedicht:"het gebed voor een gestorvene" En dat gebed luidt zo:
Jij die leeft in het licht, ik weet, je dood was een geboorte
Jouw leven was voltooid, je had geleerd wat je hier leren moest.
En daarom ging je heen, terug naar het stralende licht
Vanwaar je eens gekomen was. Jou dood een geboorte in het licht.
Ik zend jou al mijn liefde, en ik denk aan jou, hoe mooi en lief je wel kon zijn.
Voel mijn dankbaarheid, voor alles wat je mij gegeven hebt.
Ik weet je bent gelukkig daar. Je wordt een lichtend licht.
Moge God jouw zegene op jouw weg.
En straks zie ik jou terug, als jij mij opwacht bij de grens.
Want liefde sterker dan de dood, blijft ons verbinden.
Dat God jou in zijn liefde bergt..........
Op de grens van leven en dood. Toen ik net achter de boekentafel zat,kwamen tot twee keer toe mensen
naar mij toe die mij vroegen: Hoe ben jij opgevoed? Ben je kerkelijk opgevoed of niet?
Ik vertelde vriendelijk dat ik gereformeerd was opgevoed. Er werd toen wat meewarrig geknikt van nou
ja, daar kun je het ook mee doen. Ik ben inderdaad gereformeerd opgevoed, en dat betekend dat je van
kind af aan te horen krijgt dat als een mens dood gaat, dan gaat hij of naar de hemel of naar de hel.
Maar je moet wel een poosje wachten voor je er heen gaat, want als je sterft dan blijf je slapen in
het graf totdat Christus terug komt. Als dat gebeurt dan komt iedereen tegelijk te voorschijn uit
het graf. Er zijn heel oude ertsen, waar je ziet de wederkomst van Christus, je ziet dan al die
graven open gaan en iedereen te voorschijn komen. Toen mijn vader stierf was ik 18 jaar, op zijn
grafsteen stond:
Hier rust tot de dag van wederopstanding.... Dat was ook het geloof, mijn vader bleef daar liggen in
het graf, hij bleef daar slapen totdat Christus terug kwam. Ik moet eerlijk zeggen, we vertelden dit
elkaar wel maar ik geloofde het niet echt. Ik kon er niet zo heel veel mee. Ook met die hel en die
hemel kon ik niet zo heel veel. Er werd verteld dat als je goed leefde ging je naar de hemel en
anders ging je naar de hel. En als je dan het geluk zou hebben dat je naar de hemel zou gaan,
waar bestond dan je toekomst uit?
Dan moest je tot eeuwige dagen in witte gewaden, dag in dag uit staan zingen voor de troon van
God. Saaier dan dat kon ik het mij niet voorstellen, en stiekem dacht je dan soms, mag het
alsjeblieft de hel wezen. Dat zeiden we natuurlijk niet hardop. Als je eens naar Frankrijk op
vakantie gaat, moet je eens kijken bij die franse kathedralen, want bij de ingang, heb je vaak een
driehoek boven waar dan links de hel wordt uitgebeeld en rechts de hemel. Bekijk dat eens goed, je
zult zien dat je al heel gauw op de hemel uitgekeken raakt. Want daarop zie alleen figuren met
open mond en schijnheilige gezichten staan zingen. Maar als je dan naar de afbeelding van de hel
kijkt, dan ben je wel een half uur bezig, want daar gebeurt van alles. Iedereen pakt elkaar daar
op alle mogelijke manieren enz....
Toen ik later theologie studeerde aan de VU in Amsterdam, kwamen deze zelfde beelden weer langs,
er werd niks nieuws verteld, behalve dan over de hemel en over de hel, en dat slapen in het graf
tot Christus terug kwam. Dus toen ik later als pastor in het ziekenhuis kwam te werken en mensen
mij vroegen: wat gebeurt er na de dood, Ja dan wist ik het totaal niet. Ik weet eigenlijk niet op
de dood wel het einde is, of dat er nog wat anders is, ik weet het niet . Maar, Godzijdank, vanaf
de eerste dag dat ik er werkte, in het Acedemisch ziekenhuis in Groningen, vertelden mensen mij
over hun bijna dood ervaringen, en in de tijd dat ik er werkte was hier nog niets over bekend. Het
gebeurde week in, week uit, al die jaren dat ik er werkte, en ik wist er ook niks van. Het gebeurde
wel een paar keer per week, dat mensen mij zeiden: ik wil u iets vertellen wat ik nog aan niemand
anders verteld heb, en ook niet aan een ander durfde te vertellen. En dan volgde er een verhaal
wat wij nu een bijna dood ervaring noemen. Een vrouw vertelde dat ze tijdens een operatie zomaar
opeens, floep, uit haar lichaam was en aan het plafond van de operatiekamer hing. Ze keek vrolijk
toe op haar lichaam en zag hoe de artsen en verpleegkundigen met haar bezig waren. Ze had ook een
gevoel dat het niet belangrijk was, haar lichaam. Ze kon later ook precies beschrijven hoe die
artsen en verpleegkundigen er uit zagen, ook kon ze navertellen wat die artsen en verpleegkundigen
tegen elkaar zeiden, en toen ze haar verhaal controleerden bleek het ook feilloos te kloppen.
Toen ze daar een tijdje aan het plafond had gehangen en toegekeken had vertelde ze dat ze ineens
met een geweldig snel tempo door een donkere tunnel heen ging, en aan het einde van de tunnel
stond een stralende gestalte van licht. Toen ze dit vertelde werd ze heel emotioneel, net als alle
anderen die vertelden over dit stralende licht. Ze zeiden dat er eigenlijk geen woorden voor waren
om dit te omschrijven. Ze vertelden dat de gestalte heel veel vertrouwen en warmte uitstraalde een
gevoel dat ze op aarde nog nooit hadden meegemaakt. Toen ze bij die gestalte gekomen was, vertelde
deze mevrouw, gingen ze samen op pad, ze beschreef een prachtig landschap waar ze samen door heen
wandelden. Op een gegeven moment tijdens deze wandeling, zag ze in de verte haar gestorven
vrienden en familieleden staan, ze stonden achter een lage ligusterheg. Toen ze dichterbij kwam
begonnen ze allemaal te zwaaien en te roepen. Maar net toen ze door de heg naar haar familie
wilde stappen, zei de gestalte: het is je tijd nog niet, je moet nog even terug om af te maken
wat nog niet klaar is. Op dat zelfde moment voelde ze hoe ze in een duizelingwekkende vaart
teruggezogen werd in haar lichaam. Het volgende moment dat ze zich herinnerde was het wakker
worden in de uitslaapkamer. Het boeiende aan dit soort verhalen is, dat alle mensen die mij
hierover vertelden allemaal zeiden dat hun leven hierna voorgoed veranderd was. Dat is wonderlijk,
want soms zijn het ervaringen die misschien maar een minuutje geduurd hebben. Wat ook opviel was
dat iedereen die zo'n ervaring gehad had zijn angst voor de dood voorgoed kwijt was. Het was hun
heel duidelijk geworden waar ze straks naar toegingen, ze hadden ook allemaal meer vrede met het
gewone alledaagse leven, ze voelden heel diep dat ze niet voor niks hier op aarde waren, maar
gekomen waren met een eigen, heel persoonlijke opdracht. Soms wisten ze ook iets te vertellen
over die opdracht. Het leuke was, dat die opdrachten helemaal niet chique waren, maar heel
eenvoudig. Bijvoorbeeld: ik moet leren in dit leven wat meer begrip voor anderen te hebben,
want ik loop zo gauw aan echte gevoelens voorbij, zei iemand. En ander voorbeeld, iemand zei:
ik moet leren wat meer voor mezelf op te komen, dicht bij mezelf te blijven en niet steeds op
te gaan in wat anderen wensen. Dit soort eenvoudige dingen zagen mensen, dankzij die ervaring
als de wezenlijke opdracht van hun leven. Ik merkte ook, dat als mensen mij dit soort ervaringen
vertelden, dat ik elk woord wat ze mij vertelden, elk woord hoorde ik, en dat was heel bijzonder.
Mijn taak in het ziekenhuis bestond eruit dat ik ongelofelijk veel aanhoorde, en het gebeurde wel
eens dat gedurende zo'n gesprek mijn gedachten wel eens afdwaalden en dat je op goed geluk wel
eens ja of nee zegt.Dat heeft u vast ook wel eens, dat hoort er allemaal bij. Maar als mensen mij
zo'n ervaring vertelden, dan dwaalde ik geen moment af, ik hoefde niet eens mijn best te doen, want
ze vertelden het allemaal zo indringend, dat ik werkelijk alles hoorde. Het dringt dan tot je door,
wat deze mensen vertellen dat is waar. Op de ččn of andere manier mogen deze mensen een kijkje nemen
in die andere wereld, aan de overkant, voorbij de dood. Ik voelde de dood is geen einde, en ik
voelde dat je ook niet eindeloos ging slapen tot Christus komt, ik voelde dat als je sterft, begint
er een nieuw leven, daar aan de overkant van de dood. Dat werd ook versterkt door wat ik met kinderen
meemaakte, want een deel van mijn taak was het begeleiden van zieke en stervende kinderen. Kinderen
zijn zo puur, en voor kinderen moet je zelf ook echt zijn. Als kinderen je accepteren en blij zijn
met wat je zegt is dat een groter geschenk dan dat een volwassene dat zegt. Het gaat bij kinderen
altijd door de zeef van het echt zijn. Alle kinderen, gelovig opgevoed of niet, weten dat de dood
geen einde is, maar dat het op de ččn of andere manier doorgaat. Pas als de puberteit komt, waarbij
de hormonen alles omver gooien, dan verdwijnt dat onbewuste, intuďtieve weten van het kind, en moet
een puber helemaal opnieuw een meer volwassen antwoord op die vraag naar de dood vinden. Het is
voor pubers ook heel moeilijk om te sterven, want pubers hebben het kinderlijke antwoord verloren,
maar hebben meestal nog niet het volwassen antwoord. Ze zitten tussen de wal en het schip. Kinderen
kunnen ook heel intuďtief en heel onbevangen, maar wel in hun eigen taal, de beeldtaal, vertellen
over dat doorgaande leven. Kinderen hebben dan vaak van die uitdrukkingen: Als ik straks bij oma
ben dan.... En oma was natuurlijk in dit voorbeeld al overleden. Straks daar in die wereld ga ik
met oma praten, wandelen en spelen enz. Ze konden ook zeggen: straks als ik verhuisd ben, en
verhuizing is in de symbooltaal heel vaak een aanduiding van een verhuizing naar die andere wereld
daar aan de overkant. Een heel mooi symbool voor sterven en voortleven is de vlinder, de vlinder
is het symbool van de ziel die zich uit het fysieke lichaam losmaakt en opstijgt naar hogere
dimensies.
Op een gegeven moment vroeg een moeder mij, of ik bij haar en haar stervende dochter wilde waken,
de dochter was een jaar of dertien en ze was in coma, de moeder was alleen en vond het heel
vervelend om daar alleen te zitten. Zo zat ik op een herfstmiddag samen met die moeder aan het
bed van het meisje, je zit daar dan in totale stilte, te zwijgen, want op zulke momenten valt er
niet zo veel te zeggen. De artsen hadden gezegd dat het kind heel langzaam weg zou slapen, dat ze
niet meer wakker zou worden. Toen, na een paar uur, volkomen onverwacht, ging dat meisje in ččn
keer rechtop in bed zitten. Ze keek naar de muur aan het voeteneinde, en ze riep met een ongetogen
kinderstem: mama, kijk eens, een stad op een berg, een stad op een berg....en allemaal licht mama,
allemaal licht.... en daar ga ik naar toe.... daar ga ik naar toe. En ze zakte terug in de kussens, weer
in coma onbereikbaar ver, en je voelt al, het duurde niet lang na die ervaring dat ze stierf. Ik
voelde, dit is geen fantasie, dit is geen hallucinatie, dit is echt. En bij een stad op een berg,
zou je kunnen denken aan het hemelse Jeruzalem. Het is een oerbeeld van vrede wat ons wacht daar
aan de overkant. Heel ontroerend is dat kinderen heel vaak het symbool gebruikten, niet alleen
van de vlinder, of als ik bij oma ben, maar dat ze soms ook heel eenvoudig zeiden : als ik straks
geboren ben. Dat is heel fascinerend, niet als ik gestorven ben, maar als ik geboren ben. Je kon
voelen dat dat precies was, wat er ging gebeuren. Dat ze geboren werden in een nieuwe wereld. In
de Oosterse wereld is dit weten heel goed bewaard gebleven, want in deze traditie wordt bij de
dood ook over geboren worden gesproken. Zo werd het voor mij steeds duidelijker, het antwoord op
mijn vragen over de dood. Niet omdat ik veel boeken gelezen heb, niet doordat ik veel theorieën
gehoord heb, maar omdat ik gezeten heb aan het bed van zoveel stervende, en ik als het ware een
heel klein beetje over de schouder van de stervende heen mocht kijken naar de wereld daar achter.
Ik heb dus van heel veel mensen een kado gekregen. Ik mocht ervaren hoe het zit als wij sterven,
wat er dan gebeurt. Dus als je sterft verlies je dit fysieke lichaam, maar je leeft verder in een
andere geestelijke werkelijkheid. Dat werd mij bevestigd in een droom, op ččn dag stierven in het
ziekenhuis drie mensen waar ik veel mee te maken had, toen ik s'avonds in mijn bed lag en in slaap
viel, hoorde ik ineens een stem die zei: de continuďteit tussen leven en dood is groter dan de
breuk tussen die beide. Dus wat blijft is meer dan dat je verliest bij de dood. Ik werd meteen
wakker en bleef nog lang nadenken over die woorden. Ik voelde diep van binnen, dat wat die stem
zei ik als waar ervaar. Ik weet het klopt, ik kan het niet bewijzen, maar in mijn hart weet ik
zeker dat dit waar is. Toen kwam het volgende, want ik werd wel nieuwsgierig naar onze eigen
Christelijke traditie. Heeft onze Christelijke traditie nou niks meer te vertellen over de dood,
dan wat ik als kind had meegekregen? Over dat slapen in het graf, over de hemel en de hel, was er
nog wat meer bekend? En toen bleek dat in de spirituele Christelijke traditie, heel veel bewaard
is gebleven omtrent de weg die de gestorvene gaat, aan de overkant van de dood. In de spirituele
of esoterische traditie heeft men die weg zelfs beschreven als een weg in zeven stappen. Het is
heel ontroerend als je enig idee krijgt van die zeven stappen, ik wil dit een beetje beschrijven
zodat je een idee krijgt wat er nou gebeurt als je sterft. Ik haal de hoofdlijn er even uit, want
ik kan hier uren over vertellen.
Als iemand sterft dan merk je dat de voeten en de benen koud worden, hoe komt dat eigenlijk? Omdat
bij de dood ons geestelijke lichaam, als een huls zo boven ons fysieke lichaam heen schuift, en
via ons kruin chakra uiteindelijk loslaat. Dus een huls die heel langzaam wegschuift. Dus de benen
en de voeten vallen als eerste buiten het bereik van ons geestelijke lichaam. Ze worden niet meer
doorstroomd met de kosmische energie. Ze sterven als het ware het eerst. Soms merk je bij iemand
die net gestorven is dat de kruin chakra gloeiend heet is. Het is het laatste verbindingspunt tussen
het fysieke en het geestelijke lichaam. Hier is een geheim mee verbonden, het wordt al verteld in
de eerste eeuwen van onze Christelijke traditie, het is toen verdwenen, ondergronds gegaan. Maar
gelukkig komt dit in onze tijd weer naar boven. Want, wat gebeurt er met een mens als die geestelijke
lichamen een beetje los komen te zitten? Zo'n mens wordt helderziende. Je kunt het ook omdraaien,
een helderziende in onze tijd, is dus iemand bij wie de geestelijke lichamen wat losser in het
fysieke lichaam zitten dan bij een ander. En bij de meesten zitten ze aardig vast. Soms gebeurd het
dat mensen een heel moeilijke levensperiode meemaken, een schokkende levensperiode, en dan merk je
dat door die periode de geestelijke lichamen losser komen te zitten, en ze daardoor helderziende
worden. Veel helderzienden vertellen dit, dat ze door een moeilijke levensperiode helderziend zijn
geworden. Dat betekend ook dat elke stervende helderziende wordt. Het betekend ook dat elke
stervende aan zijn bed, reeds overleden familieleden ziet staan. En engelen ziet staan, en Christus
ziet staan.Ze komen de stervende ophalen en brengen naar z'n nieuwe leven, aan de overkant van de
dood. Pas dus op dat je zoiets niet een hallucinatie noemt. Want de stervende ziet ze echt, en dat
is een enorme steun en bemoediging aan het begin van de weg naar de overkant. Iedereen die sterft
mag iets van die andere wereld op een eigen persoonlijke manier waarnemen, zo hoort de ččn heel
mooie muziek en een ander vertelt over prachtig stralend licht. Ik vind het een hele troost dat
je dat weet, want waar wij onze geliefden moeten loslaten, daar staan andere wezens die onze
geliefden overnemen en verder dragen. Het is dus echt waar dat geen mens alleen sterft. Niemand
hoeft alleen door de poort van de dood. Dit is de eerste stap. Dat de stervende uitzicht krijgt
op de wereld aan de overkant. Als die geestelijke lichamen eruit gefloept zijn, dan blijven ze
nog verbonden via het fysieke lichaam met een zilveren koord. Zolang dat koord heel blijft kan
een mens ook altijd weer in het leven en in het lichaam terug keren. Je vindt dit verschijnsel
van het zilveren koord weer terug in de bijbel, in Prediker 12:6 staat het zo tussen neus en lippen
genoemd, dat de dood pas intreed als het zilveren koord verbroken wordt. Het staat er voor wie
oren heeft om te horen, voor wie door heeft dat het niet alleen een mooie manier van zeggen is,
maar dat het hier gaat om diepere werkelijkheid. Pas als het zilveren koord verbroken is treed de
dood van het fysieke lichaam in. Het zilveren koord loopt eigenlijk paralel aan de navelstreng. Want
bij de navelstreng geldt, dat die moet worden doorgesneden en dan begint het aardse leven van het
kind. De oosterse traditie zegt heel eenvoudig, sterven is geboren worden. Als we geboren worden
dan sterven we in de geestelijke wereld en we worden hier geboren. Als we sterven hier op aarde
dan worden we geboren in de geestelijke wereld. Geboren worden is moeilijker als sterven, want
geboren worden is van de licht wereld naar de donkere wereld gaan en sterven is van de donkere
naar de lichte wereld gaan, terug keren naar huis. Dus als je je geboorte hebt overleefd zul je
je dood ook wel overleven. We blijven heel erg met elkaar verbonden, wij hier op aarde en onze
geliefden aan de overkant. Als het zilveren koord verbroken is dan komen we in de laagste geestelijke
wereld, en dat is de etherische wereld en we blijven hier ongeveer drie dagen. Het is dus zo dat je
diegene die net gestorven is nog kunt voelen, want hij is eigenlijk nog heel dicht bij.
De gestorvene krijgt hier in versneld tempo als het ware het fotoalbum van zijn of haar leven
te zien. Vanaf het moment van sterven terug tot aan de geboorte, je krijgt een overzicht van het
leven wat je net voltooid hebt. Dat is wat je gedaan hebt, en dit is wat je er geleerd hebt....
Dat is wat er goed gegaan is en dit is wat er fout gegaan is.... Sommige foto's vind je mooi om
terug te zien en sommige foto's zie je liever niet omdat ze toch een beetje pijn doen. Zo is het
leven, vrolijk, genant, licht en donker, alles zit er in verweven. Je krijgt alles te zien zonder
oordeel. Het is heel belangrijk om bij de gestorvene te waken gedurende drie dagen, het gaat er
dan niet om dat je naast het lichaam zit, maar dat je met je hart de ander een goede reis wenst,
en dat je de ander van binnen bedankt voor alles wat hij/zij je gegeven heeft. Dat je zegt, we
zijn trots op je, en je hebt het goed gedaan. Dat is het belang van het waken gedurende de eerst
dagen, en het schenken van een krachtimpuls bij de eerste taak die de gestorvene daar te verrichten
heeft. Als dat gebeurt is dan ga je naar de volgende geestelijke wereld, de astrale wereld en daar
begint het hele proces opnieuw. Opnieuw de film over je net afgesloten leven, maar nu wat uitvoeriger.
Hier krijg je precies te zien wat je zelf voelde maar ook wat de anderen die er op dat moment bij
waren, voelden. De zin van dit alles is, dat je krijgt te zien wat jou uitstraling was voor andere
mensen, zonder enig zelf bedrog krijg je te zien wie je eigenlijk bent. Je ziet de schoonheid en de
liefde die je hebt gegeven, maar ook de dingen die je steeds onbewust fout hebt gedaan, zodat je
beseft waar je de volgende keer beter om moet denken. Uiteindelijk draait het er op uit dat je zelf
een plan maakt voor een nieuw leven. Als je straks weer naar de aarde gaat dan kun je werken aan
die dingen waar van je net gezien hebt dat je daar aan werken moet. Welk leven past er dan het beste
bij, welke levenslessen passen het beste bij, omdat te leren waar van je net gezien hebt dat je
het leren wilt. Dan kies je niet alleen voor leuke dingen, maar ook voor moeilijke levenslessen.
Je beseft dat door die moeilijke lessen je het wel gaat leren, omdat je besloten hebt dat je het
leren wil. Als dat klaar is, en je hebt je plan met of zonder hulp voor je volgend leven klaar,
dan mag je je laatste geestelijk lichaam afleggen en dan reis je door naar de licht wereld waar
we eigenlijk horen. Die licht wereld kent een heleboel sferen, opklimmend van lager naar hoger,
steeds hoger licht steeds mooier licht In het Johannes evangelie staat: in het huis mijns Vaders
zijn vele woningen, en dat is eigenlijk precies het zelfde. En de gestorvene mag die sfeer binnen
gaan die past bij zijn innerlijke lichtkracht. Heel vaak is dat een hogere lichtsfeer dan waarvan
hij eerder is afgedaald vanuit het begin van zijn juist voltooide leven. Want door dit leven hier
op aarde kun je groeien in lichtkracht en in liefdeskracht, en wie groeit in deze krachten mag naar
een hogere lichtsfeer, want dan heb je zelf een sterk innerlijk licht branden. Als iemand dan thuis
komt in zo'n lichtsfeer, wordt verteld, is het ččn groot feest. Want er komt iemand thuis die een
reis over de donkere wereld volbracht heeft, maar op die reis heb je inzicht, liefde en licht
veroverd, je komt dus rijker thuis dan je bent weggegaan. En dan zijn we eindelijk thuis en leven
we in een wereld waar licht is en geen verdriet en verkramping, geen ziekte, alleen maar liefde en
vrede. Het is een echt thuis. Als je daar dan bent is het er niet heel erg saai? De oude traditie
vertelt dit: Nee hoor, je gaat daar van alles doen. Je gaat er werken aan alles wat hier van binnen
als geestelijk verlangen gegroeid is tijdens jou leven op aarde. Dus je leeft er, en je bent aan
het werk, maar bij het ouder worden heb je vaak de gedachte bijvoorbeeld: ik had ook wel willen
schilderen of ik had best architectuur willen studeren. Er zijn veel verlangens die hier van binnen
leven en groeien, maar die simpelweg vaak niet gerealiseerd worden. Het kan dus best zijn dat in
een volgend leven je het wel kan realiseren.
PAUZE
Er is gelegenheid voor vragen uit de zaal. Omdat er ontzettend veel vragen waren, is er een selectie
gemaakt.
Vraag 1: Wat gebeurt er met de ziel van een mens wanneer deze hersendood is, maar die kunstmatig in
het leven wordt gehouden voor orgaandonatie?
Antwoord: Wanneer het zilveren koord nog niet is doorgesneden, en dat is hier het geval, dan staat
iemand geheel naast zijn eigen lichaam,net als met een bijna dood ervaring. En als het een liefdevol
mens is die denkt: ja laat mijn lichaam maar gebruikt worden voor een ander, ja dan kan dat het
proces alleen maar ten goede komen, want liefde werkt altijd positief. Maar als je denkt: wat zitten
ze met mijn lichaam uit te spoken, dat is een houding die het proces verzwaard. Alles komt er op aan
op de mens die we innerlijk zijn, op de mate van liefde die we met ons meedragen.En als je het in
dankbaarheid aanvaardt, dan is die dankbaarheid een kracht die naar de ander toekomt, dat de
verharding van de ander begint af te breken. Want liefde is een kracht die verharding doorbreekt.
Orgaan donatie is goed als het met liefde gebeurt. Maar als je denkt: dood is dood, wat kan mij
het schelen, dan zul je nog gek staan kijken, want als er dan organen worden uitgehaald hier uit
je fysieke lichamen, geeft dat ook gaten in je geestelijke lichamen en geeft dat zelfs gaten in
je herinneringsvermogen. Maar als je het echt met liefde doet, dan vullen de engelen de gaten in
je herinneringsvermogen ogenblikkelijk aan.
Vraag 2: Als die ander al geďncarneerd is, hoe kan die mij dan nog opwachten?
Antwoord: Op dit moment is de Goddelijke geest, die wij eigenlijk zijn, nog maar een klein
beetje in ons lijf geďncarneerd. Het grootste deel is nog in de Geestelijke wereld. Dat komt
omdat we niet meer dan dat kleine beetje kunnen omvatten en kunnen een grote energie kracht
niet verdragen. Daar zijn we nog niet ver genoeg voor ontwikkeld. Dat deel van mij wat thuis
gebleven is, dat praat via het geweten tegen mij. Mijn geweten is een deel van het Goddelijke Ik wat
thuisgebleven is, en wat steeds hier tegen mij zegt: Zou je dit of dat nou wel doen? Of klopte dat
wel? Het is heel zachtjes en denk er om, want je ego kan hier soms heel lawaaierig overheen praten.
Het Goddelijk deel wat ik hier ben, wordt boven weer verenigd met het Goddelijk deel wat thuis
gebleven is. En dan ben je weer helemaal heel. Dus als iemand al geďncarneerd is, zie je hem of haar
gewoon terug, wat het grootste deel van hem of haar is daar nog. We herkennen elkaar van binnen uit,
want je hebt dan niet meer de vorm van je fysieke lichaam, alleen nog de vorm van puur licht.
Vraag 3: Wat is verlichting, wanneer is iemand verlicht?
Antwoord: Als mij een innerlijk licht opgaat, van chak, nou pak ik het, dan heb ik een vorm van
verlichting ervaren. En dat kan steeds naar een hoger niveau toe groeien. Je moet ook nooit iets
geloven wat een ander zegt, je mag alleen dat accepteren van wat je van binnen voelt dat het klopt.
En als je dat niet voelt moet je het gewoon laten liggen.
Vraag 4: Wat is de rol van God in dit verhaal?
Antwoord: Eigenlijk zeg ik nooit veel over God, dit is uit eerbied, want God is zoveel groter dan ik
denken kan, dan ik voelen kan. Alles om ons heen, de hele kosmos komt voort uit de kracht van God. Het
is iets wat ik niet kan bevatten, als ik iets van God wil begrijpen, dan ga ik buiten staan, en kijk
ik naar de sterren. Dan vang ik iets op van wat God is. De Joodse traditie weigert "God" uit te spreken,
puur uit eerbied, en daar voel ik me erg bij thuis. Als je straks aan de andere kant bent, dan mag je
zien wie God is. Mens, wat moet dat groots zijn.
Vraag 5: Hoe ga je met zelfdoding om?
Antwoord: Aan de andere kant is het een wereld van echte pure liefde, dus als zo iemand dan thuis
komt, en dus sterft, omdat zij het op aarde niet meer harden kan. Die is zelf naar huis terug gekeerd.
En als iemand helemaal stuk van het leven op aarde thuis komt, wordt diegene warm omarmd, vol liefde.
Iemand die door zelfdoding sterft, wordt met extra liefde met open armen ontvangen. Ook dan ga je de
weg van zeven stappen. Als nabestaande ben je soms heel erg kwaad en verdrietig. Je kunt dat het beste
serieus nemen, daar help je die ander het beste mee. Bid voor die ander: ga maar....
Vraag 6: Hoe worden kinderen van 2 jaar opgevangen als ze sterven?
Antwoord: Ongelofelijk liefdevol, heel jonge kinderen sterven heel gemakkelijk. Dat klinkt heel gek,
maar ze zijn nog niet door de puberteit heen ingedaald in de werkelijkheid, ze zitten nog niet vast
in de materie. Hun geestelijke lichamen zitten nog niet zo vast. Dat gebeurt pas in de puberteit. Jonge
kinderen hebben vaak helderziende ervaringen. Ze kunnen vertellen over aura's en over vorige levens enz.
Als de geestelijke lichamen nog niet zo vast zitten, kunnen ze er ook gemakkelijker uitfloepen.
Vraag 7: Waar komt de angst vandaan bij stervende, bijvoorbeeld een half uur van te voren?
Antwoord: Weet je wel hoe moeilijk loslaten is? Loslaten is de allermoeilijkste levensles. Sterven
betekent de mensen loslaten van wie je houdt. Het is een heel gevecht om zover te komen, om los te
laten.
Vraag 8: Kun je ons ook vertellen hoe je dit allemaal aan de weet bent gekomen? Heb je persoonlijk
iets meegemaakt waardoor dit inzicht is gegroeid?
Antwoord: Jawel, maar dat wilde ik hier net zo gewiekst ontwijken, de zekerheid waarmee ik spreek
heeft inderdaad er mee te maken dat ik zelf af en toe in de andere wereld een kijkje heb mogen nemen.
Het begon met mijn broer, hij stierf toen hij vijfendertig was onverwacht aan een hartaanval in de
bergen. Ik was toen dertig, in het jaar na zijn dood stond hij tot drie keer toe in mijn kamer. Hij
stond daar in een prachtig licht gehuld en ik wist toen nog niks van de andere wereld. Vandaar uit
wist ik: je blijft niet slapen in het graf, je wordt al verbonden aan het licht. Ik weet dat hij
daar echt gelukkig was. De derde keer dat hij weer kwam, stond hij naast de schoorsteenmantel en
stak zijn hand uit. Om zijn middelvinger had hij een ring, die ring had hij in zijn leven op aarde
nog niet. Hij zei: dit is de laatste keer dat ik kom, nu ga ik voorgoed. Over die ring, daar heb
ik lang over nagedacht. In opgezochte literatuur heb ik gelezen dat het een symbool van genezing
is. Van heel wording. Die heel wording had hij toen voltooid. Toen ging hij de hogere dimensies
van de licht wereld binnen. Het verschil tussen de licht wereld en hier is te groot om te
overbruggen, Hij kan er wel zijn, maar niet meer genoeg om zich te manifesteren zoals hij het
eerste jaar gedaan heeft. Als je zoiets meemaakt dan veranderd er wel wat. Dan heb je het zelf
gezien. Dan kun je er niet meer onderuit. Later werd ik zelf helderziende en zag ik wel eens
engelen, en die zie ik nu nog wel eens. Ik zie ook veel gestorvenen, ik doe daar nu heel laconiek
over, maar eerst was dat natuurlijk wel heel vreemd als daar in de kamer een gestorvene stond die
iets kwam vertellen. Ik ben er nu aan gewend geraakt. Ik heb gemerkt dat veel gestorvenen verdriet
hebben omdat de achtergeblevenen zich afsluiten voor de verbinding met hen. Ze zoeken steeds meer
een verbinding, en als ze die niet rechtstreeks kunnen maken, dan zoeken ze allerlei mensen op die
in deze tijd helderziende zijn, om via die mensen een verbinding te maken. Ze hunkeren naar een
open hart, scherp dus je gevoeligheid, want je kunt vaak voelen dat ze er zijn, of je kunt ze ruiken
in de kamer.
Ik wil als afsluiting nog even zeggen, hebben jullie gevoeld hoe vol het hier is geworden? Het is na
de pauze gebeurd, toen zijn alle verbindingen echt gaan groeien. Ik wil namens jullie zeggen: hartelijk
bedankt dat jullie er bij waren, al die gestorvenen, en mogen jullie vol vreugde jullie weg in liefde
daar vinden met onze zegen.
Ik vind het heel leuk om te vertellen en vooral aan mensen die echt willen luisteren. En jullie hadden
die bereidheid, en dan voel ik ook van alles gebeuren. Er is hier vanavond ontzettend hard gewerkt
vanuit de geestelijke wereld. Er waren heel veel engelen aanwezig, die bij de meesten van ons heel
hard aan het werk waren. Ze hebben van alles gedaan, veel inzichten neer gelegd, zere plekken behandeld,
ze hebben een geweten aangeraakt, er is van alles gebeurd. Moge dat wat binnen jullie gebeurd is,
gezegend worden zodat je de komende dagen bewust zult voelen: er is die avond heel wat gebeurd. Voel
het en neem het mee als een geschenk van deze avond.
Bedankt, wel thuis en tot ziens....
Verzorging verslag: Fokje Wedzinga
|